Europese Commissie deelt observaties Nationaal Strategisch Plan
De Europese Commissie heeft op 1 april jl. de zogenaamde observaties op de Nationale Strategische Plannen van 19 lidstaten gedeeld. Nederland heeft ook een brief met observaties gehad. Het plan moet door de Europese Commissie worden goedgekeurd, voordat het per 1 januari 2023 in werking kan treden. In de observatiebrief geeft de Commissie aan lidstaten aan wat nadere uitleg of aanpassing nodig heeft in het Nederlandse plan, zodat het GLB-NSP definitief kan worden goedgekeurd.
De observation letter (alleen in het Engels) is hier te lezen. Een vertaling ervan wordt binnenkort verwacht. Lees ook de bijbehorende Kamerbrief.
De Europese Commissie heeft observaties gedeeld op basis van het Nationaal Strategisch Plan dat Nederland op 29 december 2021 heeft ingediend.
Hoe moeten we naar deze observations kijken?
Na het indienen van het NSP heeft de commissie de tijd genomen de plannen van de lidstaten te bekijken en te beoordelen op logica, consistentie en ambitie. Dat is goed, omdat het GLB een belangrijk en langjarig subsidie-instrument is dat in heel Europa bij moet dragen aan de transitie, verdere verduurzaming en toekomstbestendigheid van de landbouw en het platteland. Op basis van de bevindingen vindt er afstemming plaats tussen de EC en de lidstaten. In grote lijnen willen de EC en de lidstaten hetzelfde, maar is natuurlijk ook zo dat over sommige zaken discussie plaatsvindt.
Waar gaan de opmerkingen over en zorgt dat voor aanpassing van het NSP?
De Europese Commissie waardeert de focus op de groene doelen van het Nederlandse GLB-NSP. Ook verwelkomt ze de overheveling van ELGF naar het ELFPO, van 134 miljoen in 2023 oplopend tot 215 miljoen in 2027. Deze overheveling staat in dienst van de transitie naar een meer duurzame landbouw.
Daarnaast zijn twee hoofdlijnen. De eerste is dat de Europese Commissie om meer informatie vraagt over hoe het GLB aansluit op het nationale beleid van Nederland. Het NSP kan niet alle uitdagingen in de landbouw het hoofd bieden, er is aanvullend nationaal beleid. De deadline van de indiening van het plan en het verschijnen van het Coalitieakkoord vielen bijna samen. Daarom hebben we de samenhang nog niet volledig kunnen beschrijven.
De tweede hoofdlijn: de Europese commissie vraagt om meer indicatoren. Het GLB kent doelen op Europees niveau. Daarbinnen kunnen lidstaten werken aan wat voor hen het meest urgent is. Deze behoeften zijn in het NSP gekoppeld aan maatregelen en vervolgens aan doelen, en indicatoren. Dat maakt meetbaar hoe effectief het GLB is. Wij hebben ervoor gekozen om in het plan aan een behoefte één maatregel en één indicator te koppelen. Het toepassen van meer indicatoren zal aantonen dat onze voorgestelde maatregelen vrijwel altijd aan meer doelen bijdragen, maar de uitvoering ook complexer maken. Je moet immers meer monitoren en verantwoorden en er is meer regeldruk. Nederland is van plan om op nationaal niveau meer te monitoren en niet alles op te nemen in de verantwoordingssystematiek naar de Europese Commissie.
Hoe gaat het nu verder? Komt er nu een nieuwe consultatie ronde als het NSP ook weer aangepast gaat worden?
In mei komt de minister met een inhoudelijke reactie (appreciatie) op de bevindingen van de Europese Commissie naar de Tweede Kamer. Deze appreciatie wordt voorbereid in het programma GLB-NSP. In dat programma werkten het ministerie van LNV samen met de Provincies en de Waterschappen, ook aan het opstellen van het NSP. De stakeholders uit de Maatschappelijke Begeleidingsgroep van het programma GLB-NSP worden betrokken en zullen geïnformeerd worden over de observatiebrief. Ook de eerdere zienswijzen die zijn binnengekomen worden meegenomen in deze gesprekken.
Daarmee gaat de minister terug naar de EC, om vervolgens tot overeenstemming te komen. De insteek is dat dit voor de zomer lukt.
Wat betekent dit voor de uitbetalingen van het GLB volgend jaar, kan dit nog doorgaan?
De verwachting is dat dit niet onder druk komt te staan. Wel is het belangrijk dat alle partijen die met het GLB aan de slag gaan, zoals provincies, gebiedspartijen, kennisinstellingen en niet in de laatste plaats boeren, zo snel mogelijk duidelijkheid hebben over de exacte invulling. We weten dat voor boeren geldt dat zij al in 2022 hun bouwplannen voor het volgende jaar maken en dat dan bekend moet zijn wat het GLB voor hen gaat betekenen. In de kamerbrief geeft de minister aan zich hier voor in te zetten.